Hij wordt te Stabroek geboren op de 23ste nivose (dit is de periode van de sneeuw, la neige) van het jaar VIII van de Franse Republiek. In onze jaartelling is dit op maandag 13 januari 1800. Stabroek maakte deel uit van het departement van de Twee Neten en het kanton Ekeren. Zijn geboorteakte bevindt zich niet in het archief van Antwerpen alwaar het jaar VIII ontbreekt. Zijn geboortedatum staat wel in zijn tweede huwelijksakte opgemaakt te Lanaye (Ternaaien). Hij zal de eerste jaren van zijn leven wel doorgebracht hebben in Stabroek waar zijn vader Boniface douanier is. Rond 1815 is die naar Thulin teruggekeerd en daar zal Charles Antoine wel gebleven zijn tot hijzelf ook douanier is geworden.

Het eerste spoor dat we van hem vinden is zijn huwelijk. Als 27 jarige huwt Charles Antoine te Wez-Velvain met de 21 jarige Valentine Josephe Debaisieux (voor een stamboom van de familie Debaisieux, zie geneanet, onder meer Fortuné Fleurquin en Fabien Evrard). Deze is er geboren op 20 mei 1806 en er ’s anderendaags aangegeven om 8 uur. Getuigen daarbij zijn Pierre Joseph Henno, 65 jaar, en Antoine Masure, 48. Beiden zijn landbouwers van Wez-Velvain, zoals blijkt uit de akte, met het Franse zegel in de linkerbovenhoek. Tijdens het Franse Bewind, behoorde Wez-Velvain tot het departement Jemappes en het kanton Antoing. Onder het Hollandse Bewind, maakte het deel uit van de provincie Henegouwen, district Doornik. Nu hoort Wez-Velvain bij de gemeente Brunehaut, tegen de Franse grens. Bij haar huwelijk in 1827 is ze landbouwster van beroep. Ze is de dochter van landbouwer Pierre Joseph en van Angelique Joseph Helin.

Charles Antoine woont dan in Blaton. Dit is een deelgemeente van Bernissart. Hij werkt een paar kilometer verder, te Bon Secours, een gehucht van Peruwelz aan de Belgisch-Franse grens, bij de douane, als “employé à pied de 4e classe”. Het doaunekantoor is daar blijven bestaan tot 1992. Op de site http://www.bonsecours.be/albums/albums/0000/0000_douane_franco_belge/ staan een paar mooie foto’s van dit kantoor uit de vorige eeuw.

Charles Antoine heeft dan de laagste graad van douanier. In het boek “La douane belge de 1814 à 1840” van J. Pricken (Brussel, 1960) kunnen we lezen dat er in het jaar 1831 in België 1037 zulke “kommiezen” waren. Ze verdienden 300 guldens per jaar. De regering verklaarde over deze categorie ambtenaren “dat er in waarheid kan beweerd worden dat deze ongelukkigen niet voldoende hadden om te voorzien in de noodzakelijke behoeften van hun gezin”. Nochtans mochten ze ook weer niet te erg klagen als men hun salaris met dat van de arbeiders uit die tijd vergelijkt. De 300 guldens van de douanebeambte 4e klas waren rond 1835 zo’n 15 euro waard, terwijl de gemiddelde arbeider er toen zo’n 11 per jaar verdiende.

We herinneren er hier aan dat in 1814 het Franse Bewind ten einde liep in ons land. Het Verdrag van Wenen van 9 juni 1815 had de Zuidelijke Nederlanden en het Prinsbisdom Luik aan Willem van Oranje geschonken. Alzo leefden we van 1815 tot 1830 in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.

Bij de huwelijksakte bevinden zich twee attesten betreffende Charles Antoine. Het eerste werd afgeleverd op 15 september 1826 door zijne excellentie de gouverneur van de “provincie Brugge” (!?) die daarmee bevestigde dat hij vrij van legerdienst was. Het tweede was afgeleverd door de Staatsraad van Den Haag (“un conseiller d’état”) op 29 oktober 1827 en gaf hem toelating tot trouwen. Het beroep van douanier was immers een staatsbetrekking en vermits we toen tot de Nederlandse Staat behoorden kwam de toestemming uit Den Haag. Vrij vertaald staat er: Charles Antoine Amand, 27, bediende te voet van de 4de klas in Bon Secours. Gedomicilieerd in Blaton. Vrij van legerdienst volgens het getuigschrift van zijne excellentie de gouverneur van de provincie Brugge van 15 september 1826 en toegestaan te huwen door toestemming van de Raad van State afgeleverd te Den Haag op 29 oktober 1827. 

Zoals blijkt uit de huwelijksakte zijn er vier getuigen bij het huwelijk: Hypolite Dries, 37, schoonbroer van Valentine, van beroep landbouwer in Jollain-Merlin, een naburig dorp. Antoine Foucart, 61, een maarschalk en vriend van Valentine. Isidore Legrain, 30, een kapper en vriend van de bruidegom en tenslotte Amand (= voornaam) Degallaix, een 48 jarige dagloner die ook met Charles Antoine bevriend is. De 3 laatste getuigen wonen allen te Wez-Velvain. We vernemen uit deze akte ook dat Valentine niet kan schrijven.

29 jaar

Op 4 maart 1829 wordt hun eerste kindje Charles François geboren te Peruwelz. Het overlijdt echter al na 16 maanden te Wez-Velvain. Het gezin wisselt blijkbaar regelmatig van woonplaats want we noteren achtereenvolgens in een tijdspanne van 3 jaar, de volgende plaatsnamen : Blaton, Wez-Velvain, Peruwelz en terug Wez-Velvain.

Op Sinterklaasdag 1830 wordt opnieuw een zoontje geboren, dat dezelfde naam krijgt. Ze wonen dan in Bon Secours. Charles Antoine is dan 30 en als beroep wordt douanebeambte vermeld.

Bij de geboorte van hun dochter Euphrasie Hortence op 28 december 1832, woont het gezin in Dour, district Bergen, provincie Henegouwen. Als beroep staat hier “employé des droits d’entrée et de sortie”, dit is een andere benaming voor douanebeambte.

Wanneer mijn overgrootvader Jean Baptiste Henri geboren wordt, wonen ze nog in Dour. We schrijven dan het jaar 1834. Charles Antoine is dan bevorderd tot onderluitenant van de douane. Dit stond gelijk met de graad van onderbrigadier. Hij verdiende toen 940 franken (23,30 euro). Hoe hij er bij liep als hij van dienst was, blijkt uit volgende beschrijving. “Bij de dienst in de grenskantoren alsook voor inspecties was hij in “grande tenue“. Dit bestond uit een militair uniform en een lange broek van flessengroene stof met scharlaken bies alsook een kapotjas van Hollands model. “La petite tenue” beperkte zich voor de lagere bedienden tot het dragen van een pet, de kapotjas met “fourragères” = schouderkwasten met koorden in wol, en van een marengo broek. Marengo is een sterke stof, zwart of bruin, met witte vlekjes. De lagere bedienden moesten ook een “sabre de marine” dragen. Die moesten ze altijd dragen op straat als ze in uniform waren, ook buiten de dienst. Als wapen hadden ze ook een percussiecarabine, die ze zelf moesten betalen. In het begin werden alle uniformen in Brussel gemaakt op aanwijzing van grootte, hoofd- en buikomtrek. Dit gaf soms lachwekkende resultaten en vanaf mei 1833, heeft men ze dan ook laten maken in de provincie.”

In 1838, bij de geboorte van Fortuné, woont het gezin Amand-Debaisieux terug in de buurt van Peruwelz, namelijk in Bury. Valentine is huidhoudster en hij onderbrigadier. Kort daarna wordt hij bevorderd tot brigadier of luitenant. In 1835 verdiende zo’n brigadier 1100 franken (27,20 euro).

Deze bevordering houdt waarschijnlijk ook in dat hij moet verhuizen, want bij een volgende geboorte vinden we het gezin terug in Limburg en wel in Uikhoven aan de Maas. Daar wordt in 1839, zowat een jaar en acht maanden na Fortuné een tweeling geboren: Louis Joseph en Hypolite Eugène Napoléon.

Ook op 11 januari 1842, bij de geboorte van Leopold, woont het gezin nog steeds in Uikhoven.

Dag op dag, een jaar later, sterft Valentine, 36 jaar jong. Ze heeft op ongeveer 15 jaar huwelijk aan negen kinderen het leven geschonken. Valentine overlijdt te Rekem, vlakbij Uikhoven, hun tijdelijke woonplaats. In de overlijdensakte wordt als geboorteplaats Guignies vermeld. Dit klopt dus niet maar Guignies was wel een buurgemeente van Wez-Velvain en behoort nu ook tot de gemeente Brunehaut. In de tienjaarlijkse tafels van Guignies, tussen 1802 en 1833 wordt de naam Debaisieux trouwens dikwijls vermeld. Getuigen bij de overlijdensaangifte zijn haar man Charles Antoine Amand en Andreas Knooren (Rekem), 69, landbouwer en buur. De schepen is een zekere Janssen. In de parochieregisters lezen we dat ze werd voorzien van de heilige sacramenten. Die akte is getekend door pastoor Corblij.

Charles Antoine moet kort daarna overgeplaatst zijn naar Ternaaien/ Lanaye. Er was daar een douanekantoor langs de weg en een langs het water. Ik weet niet waar hij gewerkt heeft. In het boek “De grens: langs de randen van Nederland” van Enno de Witt, lees ik het volgende: In Petit-Lanaye, of Klein-Ternaaien, controleerden de Belgen het verkeer dat over de Maas de grens passeerde. Het plaatsje is amper terug te vinden op de kaart, het bestaat hoofdzakelijk uit één straat, maar helemaal betekenisloos was het niet. “Direct voor bij de grensovergang mét douanekantoor was zo ongeveer ieder tweede huis een café of iets wat daar wel heel veel op leek om de voorbijvarende schippers in staat te stellen hun zuurverdiende geld om te zetten in een mooie Belgische pint en ook nog wat meer dan dat, maar daar gaan we hier niet verder over uitweiden.”

Hij maakt daar vrij vlug kennis met Marie Agnes Hennen. Inderdaad, iets meer dan een jaar na het overlijden van zijn eerste vrouw, hertrouwt hij in Ternaaien op 2 maart 1844. Deze gemeente hoorde toen bij het arrondissement Tongeren en de provincie Limburg. Hun huwelijksakte (die ik opgedeeld heb in deel 1 en deel 2) is in dit opzicht merkwaardig, dat ze niet alleen de geboortedata en de ouders van beide echtelingen vermeldt, maar ook de grootouders! Dit zijn dus drie generaties in één akte! Van Charles Antoine hebben we deze gegevens al eerder vermeld.

Ziehier wat we over zijn tweede vrouw vernemen. Marie Agnes is op de 1er nivose van het jaar VI te Ternaaien geboren, dit is op 21 december 1797. Ze is bij haar huwelijk dus 46 en iets meer dan twee jaren ouder dan weduwnaar Charles Antoine. Zelf is ze nooit eerder getrouwd geweest. Ze is de dochter van Henri en van Jeanne Degeer. Ook haar ouders zijn overleden als ze trouwt. Henri stierf als weduwnaar op 76 jarige leeftijd op 1 februari 1836. Langs vaderszijde is ze de kleindochter van Henri en Jeanne Fraikin en langs moederszijde van François Degeer en Jeanne Deloine. Ze heeft geen beroep. De getuigen bij dit huwelijk zijn allen landbouwers uit Ternaaien die geen familie zijn van het bruidspaar. Hun namen en leeftijd: Henri Henquet (61), Jean Henquet (70), Paul Henquet (55) – allen waarschijnlijk familie van de burgemeester Jean Henri Henquet – en Jean François Malpas (60). Uit de akte blijkt verder nog dat Marie Agnes niet heeft leren schrijven.

Marie Agnes heeft waarschijnlijk een zus, Marie Joseph, gehuwd met Simon Bricteur op 27 november 1835 te Lanaye. Die is geboren rond 1799 in Breust, een dorp ten noordoosten van Eijsden in Nederlands Limburg. Ze sterft op 10 april 1840 op 41 jarige leeftijd te Lanaye. Hun dochtertje is waarschijnlijk Jeanne en het is deze Bricteur die zowel in de bevolkingsregisters van Lanaye (ze is 10 jaar rond juli 1844) als die van Lanaken (1844-1866) staat. In Reppel, rond 1857, is ze nog steeds bij het gezin Amand-Hennen, onder de naam Jennete Simons. Als leeftijd staat dan 20 jaar. Waarschijnlijk heeft Marie Agnes dit kind van haar zus in haar gezin opgevoed.

Uit de parochieregisters van Ternaaien blijkt dat het paar Amand-Hennen een paar dagen voordien voor de kerk trouwt, namelijk op 27 februari 1844. De pastoor vermeldt bij de huwelijksakte “cum dispensatione super tempore closo matrimonium contraxerunt”, dit wil zeggen dat ze in de vasten getrouwd zijn die toen op 21 februari was begonnen en dat ze daarvoor dus toelating ofte dispensatie moesten vragen. Getuigen bij dit kerkelijk huwelijk zijn Jean Jackin en Maria Halin, beiden uit het dorp, die vijf jaar later, in 1849, trouwen.

Vier maanden na hun huwelijk, in juli 1844, sterft in hun huis te Ternaaien, Hypolite, nog geen vijf jaar jong. In Ternaaien is er toen waarschijnlijk een volkstelling geweest, want uit het bevolkingsregister halen we de volgende samenstelling van het gezin Amand-Hennen :
1 Amand Charles Joseph (de eerste maal dat “Joseph” er bij staat)
2 Heyen Marie Agnes
3 Amand Charles François
4 Amand Hortense
5 Amand Henri
6 Amand Fortuné
7 Amand Louis
8 Amand Leopold
9 Bricteur Jeanne
Deze laatste is dus waarschijnlijk een nichtje van Marie Agnes Hennen.
Een interessant gegeven is verder, dat het gezin woont “au hameau de Lanaye, n° 80”.

Het gezin is naar Lanaken vertrokken op 1 oktober 1847. Daar is het op 2 oktober in de bevolkingsregisters ingeschreven in het huis n° 9 op de Steenweg. Bij een kaartje van Lanaken-Dorp van 1845, afgedrukt in het tijdschrift “Limburg” Jg XLII, jan-febr 1963, (“Over grenzen en dorp van Lanaken”, van A. Remans, pp. 17-34), lezen we bij het huis dat met n° 26 wordt aangeduid en langs de Steenweg ligt “Huis gelegen midden in het dorp; 1719 : Servaes Dresens gehuwd met Cath. in den Bruel en in 1750 Wijnand Dresens. In 1846 lag er de winkel van Per Peet. Hier lag ook de eerste woning van de Nationale Gendarmerie destijds.” Woonde daar misschien ook het douaniersgezin Amand-Hennen?

Uit het bevolkingsregister blijkt ook nog dezelfde samenstelling van het gezin als in Ternaaien maar toch valt er op te merken dat Charles François er blijkbaar veel later aankomt, want hij is pas ingeschreven op 21 november 1848. Is hij als 17-18 jarige nog een jaar langer in Lanaye of elders gebleven? Het gezin is dan bijna zeven jaar in Lanaken blijven wonen, wat dus een relatief lange periode is vergeleken met voorheen. Op 9 augustus 1854 verhuizen ze naar Reppel. Volgens het bevolkingsregister aldaar, opgemaakt in 1857, trekt het gezin in op nummer 5 van Leukeneind. In vergelijking met Lanaken zijn er echter drie verschillen in de samenstelling van het gezin:
1 Hortense is er hier niet meer bij. Ze trouwde inderdaad in april 1856 met Jean Joseph Lamote. Volgens de huwelijksakte woonde ze op dat moment in Reppel.
2 Henri is er ook niet meer bij. Was die als 23 jarige misschien bij het leger of als douanier elders werkzaam en woonachtig?
3 Er is geen sprake van Jeanne Bricteur, wel van Jennette Simons, geboren in Ternaaien en 20 jaar oud. Waarschijnlijk gaat het hier over dezelfde Jeanne, Jeanne “van Simon”, zoals hierboven al vermeld.

Het gezin heeft Reppel na drie jaren verlaten op 30 september 1857 en als toekomstig verblijf staat er in het register, Lanklaar. In juli 1858, bij de trouw van Charles François, blijkt inderdaad dat Charles Antoine in Lanklaar woont. Ook uit verscheidene doopakten blijkt dat ze in Lanklaar wonen.

Zo is Marie Agnes Hennen in december 1858 meter van Marie Agnes Amand, dochter van Charles François. Pastoor Kraewinkels vermeldt dat ze de “noverca mariti sui Patris infantis” was, wat staat voor “stiefmoeder wegens het huwelijk met zijn vader”, de vader is dus Charles François.

Ze is ook meter van de kleinzonen Henri Joseph Lamote in Smeermaas in november 1858 en in december 1859.

Charles Antoine is peter van Charles Antoon Amand, zoon van Charles François in januari 1861.
In het bevolkingsregister van 1870 in Lanaye staat dat hij met zijn vrouw vanuit Lanklaar is gekomen. Dat vinden we in het BR van Lanklaar echter niet. Hij is in Lanaye ingeschreven vanaf 20 oktober 1863 en als beroep wordt dan brigadier des douanes en retraite vermeld. Maria Agnes was ménagère, huisvrouw. Ze woonden daar nu in de rue du Village 56. Dat was niet zo ver van het centrum want de kerk lag op n° 36.

Bij het huwelijk van Jean Baptiste Henri met Marie Agnes Larose in Meeswijk op 1 juni 1864 is Charles Antoine aanwezig, maar hij zou dan woonachtig zijn te Kanne. Daarvan vind ik echter geen enkel spoor in de registers van die gemeente. Wel weet ik dat Marie Agnes Hennen als meter vervangen wordt in september 1864 bij het doopsel in Meeswijk van Jean Hubert Amand, zoon van Jean Baptiste Henri.

In november van datzelfde jaar is Marie Agnes Hennen als meter van kleindochter Agnes Félicine Lamote wel aanwezig in Ternaaien. Dit kan misschien verklaard worden door het feit dat Kanne alleszins een eind korter bij Ternaaien dan bij Meeswijk ligt.

In februari 1865 blijkt uit de sterfakte van Leopold Amand, zijn zoon, dat Charles Antoine terug in Lanklaar woont (wat waarschijnlijk niet juist is). Deze Leopold is dus de derde zoon die hij verliest.

Daarmee is zijn leed echter nog niet ten einde, want in augustus 1867 sterft zijn vierde zoon Fortuné in Ternaaien de verdrinkingsdood. Uit de sterfakte blijkt dat Charles Antoine een gepensioneerd brigadier is en in Ternaaien woont. Dat blijkt ook uit de huwelijksakte van zijn zoon Louis Joseph in Antwerpen in 1868. Terug in Ternaaien dus! Hij wordt in Lanklaar trouwens als peter vervangen bij de doop van zijn kleinzoon Henri Charles in juni 1868.

Op 17 november 1878 woont hij nog steeds in Ternaaien als “brigadier pensionné”. Op die dag komt hij samen met zijn buurman, boekhouder Jean Louis Van Caubergh, 69, het overlijden van zijn echtgenote Marie Agnes aangeven. Deze is op 80 jarige leeftijd gestorven in haar woning, gelegen aan de Dorpsstraat n° 56. Die Van Caubergh woont in de chemin des Battes n°1.

Op 1 maart 1879 heeft hij dan Ternaaien verlaten en is naar Maaseik vertrokken, naar dochter Euphrasie Hortence in de Eikerstraat 58 en daar is hij overleden op 16 oktober 1882 om 1 uur in de namiddag. Getuigen bij de aangifte zijn zijn schoonzoon Jean Joseph Lamote en een andere douanier Alphonse Thomaes, die zijn gebuur was.

Hier toch even samenvattend vermelden waar die brave douanierszoon, die ook zelf douanier was, overal geweest is in zijn leven:
1800 geboren in Stabroek
1827 Blaton en douanier in Bon Secours
1829 Peruwelz
1830 Wez-Velvain
1830 Peruwelz, in het gehucht Bon Secours
1832 en 1834 Dour
1838 Bury
1839 en 1842 Uikhoven
1843 Rekem
1844 – 1847 Lanaye (Ternaaien)
1847 Lanaken
1854 -1857 Reppel
1857 en 1858 Lanklaar
1864 Kanne
1865 Lanklaar
1867 – 1878 Lanaye
1879 – 1882 Maaseik

NO COMMENTS
Post a comment